Hoe je organisaties ontwerpt waar iedereen floreert

4 min lezen53 weergaven



Vijf nieuwe woorden, concepten of zinnen die mij aanspraken:

Nadat ik het boek had gelezen, spraken deze vijf woorden en concepten mij het meest aan:

  1. Mensgericht ontwerp (HCD):
    Bopaiah pleit voor een HCD-aanpak voor het herontwerpen van organisaties voor gelijkheid, omdat het zich richt op menselijke ervaring. De elementen van HCD omvatten empathie, definiëren (het probleem), ideevorming (brainstormen) en prototypen.
  2. Perspectief verzamelen versus perspectief innemen:
    Bopaiah beweert dat het geven van perspectief anders is dan het innemen van perspectief, omdat je bij het geven van perspectief niet je eigen gedachten en overtuigingen op iemand anders projecteert, maar dat je daadwerkelijk naar het perspectief van de ander luistert.
  3. REACH (vertegenwoordiging, ervaring, toegankelijkheid, compensatie en schadebeperking):
    De auteur introduceert het REACH Equity Content Screen, een tool die is gemaakt door schrijver en spreker Vu Le. Het bevat principes voor contentmakers om gelijkheid in hun werk te centreren bij het maken van mediacontent (zie pagina’s 106-108).
  4. Onethisch patroon:
    De auteur vestigt de aandacht op de oneerlijke praktijk van onethische patronen, waarbij de interface wordt ontworpen om gebruikers ertoe te verleiden dingen te doen die uiteindelijk het bedrijf ten goede komen en niet de gebruiker.
  5. Betrokken en gelijkwaardig leiderschap:
    Volgens Bopaiah begint het ontwerpen voor gelijkheid met betrokken leiders die doen wat ze zeggen en bereid zijn om tegen de status quo in te gaan om ervoor te zorgen dat iedereen kan floreren. Hoofdstuk 3 is gewijd aan dit concept.

Bopaiah biedt lezers op pagina 139 van het boek ook een verklarende woordenlijst aan, waarin veel van de woorden en concepten waarover de auteur schrijft, worden gedefinieerd.

Vier dingen die ik heb geleerd:

  1. Het in de praktijk brengen van gelijkheid en het opbouwen van rechtvaardige organisaties is een voortdurend proces van het afbreken van onrechtvaardige systemen.
  2. Er is nooit maar één juiste aanpak; verschillende paden kunnen tot hetzelfde resultaat leiden.
  3. Het wegwerken van ongelijkheden begint met het herontwerpen van systemen.
  4. Wij spelen allemaal een rol bij het creëren van een rechtvaardige samenleving waarin iedereen kan floreren.

Drie hoofdpunten:

  1. Organisaties zouden serieus moeten nadenken over een mensgerichte ontwerpbenadering om systemen voor gelijkheid te hervormen.
  2. Herontwerp begint met centreren en rehumaniseren.
  3. Het verzamelen van perspectieven is essentieel voor het opbouwen van relaties en vertrouwen wanneer men overweegt om onrechtvaardige systemen te doorbreken en samen nieuwe systemen te ontwerpen.

Twee gedenkwaardige vermeldingen:

  1. Bopaiah beweert in de inleiding dat
    “Inclusie zonder gelijkheid is tandeloos Organisaties eindigen met praten over hoe ze mensen ‘meer betrokken’ kunnen laten voelen zonder de harde systemen opnieuw te ontwerpen die gelijke beloning, meer diverse leiderschapsteams en andere tekenen van gelijke toegang tot kansen opleveren”
    (p. 7). Dit citaat sprak mij aan, omdat ik veel DEI-beleid heb zien mislukken omdat de focus op gelijkheid ontbrak tijdens het hele proces – van planning tot implementatie.
  2. Een ander citaat dat mij opviel, las ik in hoofdstuk 4: Bridging the Gap. Bopaiah stelt:
    “Betrokken leiders begrijpen dat als ze meer rechtvaardige organisaties willen ontwerpen, ze mensen centraal moeten stellen die historisch gezien naar de marge zijn geduwd. Dit begint met de empathische praktijk van het verzamelen van perspectieven, waarbij leiders de tijd nemen, hetzij formeel (door middel van beoordelingen) of informeel (door middel van feedback en conversatie) om te luisteren naar de ervaringen en behoeften van mensen aan de marge” (p. 65). Dit citaat spreekt over het belang van het beoefenen van empathie als leider, wat ik probeer te belichamen in mijn werk. Als leiders geen empathie hebben voor anderen, zullen ze moeite hebben om effectief te laten zien dat ze waarde hechten aan gelijkheid en gelijkwaardigheid.

Een vraag die stof tot nadenken geeft:

Nadat ik dit boek had gelezen, vroeg ik me af: hoe kan ik dagelijks blijk geven van gelijkwaardig leiderschap?

Publiek:

DEI-professionals, leden van leesclubs, coaches, consultants, leidinggevenden in publieke en private settings, studenten en professoren aan hogescholen en universiteiten, en iedereen die gepassioneerd is over het zijn van een rechtvaardige leider en het rechtvaardiger maken van systemen voor hen die vaak buiten de discussie worden gelaten.

Bonus punten:

Dit boek biedt lezers verschillende bronnen buiten de pagina’s, zoals een discussiegids voor boekenclubs, werkbladen van DEI-beoefenaars en de website van de auteur met gratis downloads. De uitgever biedt zelfs een welkomstgeschenk van een gratis e-book op hun webpagina.

Ik raad ten zeerste aan
Gelijkheid: hoe je organisaties ontwerpt waar iedereen floreert voor iedereen die meer wil weten over gelijkheid en hoe je meer rechtvaardige organisaties kunt creëren. Het is een goed geschreven en informatief boek vol praktisch advies. Ik geloof dat iedereen een rol te spelen heeft in het creëren van een meer rechtvaardige wereld, en dit boek is een geweldige plek om te beginnen.





Bron